Groepsreis Provence - zomer 2008



Groepsreis Provence - 2008

door Peter, Ester, Pelle (5 jaar) en Elise (4 jaar)
Vooraf

We hadden onze hoofden al vol met wilde, maar nog onuitgekristalliseerde, plannen voor een fietstocht bij de Katharen-kastelen in de Pyreneeën, toen wij in de nieuwsbrief van Fietsen met Kinderen een oproepje vonden voor fietspioniers. Global Cyclist zocht een aantal jonge gezinnen om proef te fietsen voor een nieuw aan te bieden groepsreis in de Provence. Dat klonk leuk! We hadden er al vaker over nagedacht om georganiseerd te fietsen vanwege Pelle en Elise (die iedere dag nieuwe vriendjes moesten zoeken op de camping) en het gemak van bagagevervoer, maar we hadden tot nu toe een beetje last van drempelvrees … Die drempel werd bij de pioniersgedachte al een stuk lager. We hadden ook al redelijk vaak in de buurt van Avignon gefietst; zou de route wel leuk zijn? Na een nachtje erover geslapen te hebben belden we met Global Cyclist of er eigenlijk nog wel plaats was: jazeker!

Zaterdag 5 juli - Reisdag naar Avignon

We waren al om zes uur op; spullen inladen, kinderen uit bed en hup, daar waren we al op weg naar Villeneuve-lez-Avignon, de startplaats van onze rondtocht. We verwachtten lange files op de eerste vakantiedag, maar tot onze grote verbazing en opluchting kwamen we probleemloos door Maastricht en zelfs door de drie grote steden met de L. We hadden hooguit wat last van wegwerkzaamheden en topdrukte bij benzinepompen en “aires”. Pelle en Elise hadden gelukkig weinig moeite met de lange zit op de achterbank; ze wilden al vanaf Maastricht weten of we er al bijna waren (Pelle: “waar zijn we dan nu in?”), maar vermaakten zich verder prima met de K’nex en alle lekkere dingetjes die we bij ons hadden.


Onderweg op een Aire Elise slapend

Zo stonden we om zeven uur ’s avonds al op Municipal La Laune***. Wat een rust, wat een heerlijk grote plekken, wat een verademing in vergelijking met onze gebruikelijke Bagatelle in Avignon zelf! Marco, van Global Cyclist, en zoontje Bjorn stonden ons al op te wachten; de rest van het gezelschap zou pas de volgende dag komen. Terwijl wij onze spullen organiseerden, onze tent opzetten en neerploften op onze tuinstoelen (een tot nu toe ongekende luxe op fietsvakantie), ging Marco boodschappen doen.

Zondag 6 juli - Villeneuve-les-Avignon (9,6 km in 43 min fietstijd en 57 hoogtemeters)

Elise vond om zeven uur dat ze genoeg had geslapen en dat het hoog tijd was voor het speeltuintje voor onze tent. Om andere kampeerders nog even de kans te geven om zich een keertje om te draaien, maakten we eerst nog een rondje rond de camping. Daar vonden we het zwembad waar we ons zo op hadden verheugd … ’s zondags gesloten. Zo moesten we ons deze warme zondag helaas toch cultureel bezig gaan houden. We begonnen met het beklimmen van de toren van Philippe le Bel.


De top van de toren van
Philippe le Bel
Uitzicht vanaf de toren Fort St Andre in Villeneuve-les-Avignon

Na een heleboel treden belandden we in een torenkamer die was volgestort met lege frisdrankblikjes (kunst???). Je zou van schrik bijna vergeten te kijken naar de oude muurschilderingen. Een klimpartij verder stonden we op het dakterras, met uitzicht op Avignon. Pelle durfde zelfs nog wel de laatste trap op, die uitkwam tussen de vlaggenmasten.

Hierna staken we de bruggen over de Rhône over, waarna we, tot grote vreugde van Elise, in “Davinjon” waren. We aten er een boterham op "ons plekje" voor het Palais du Pape en bedachten toen dat we het maar eens van binnen moesten bekijken. Helaas hadden Pelle en Elise er niet zo veel zin in en stonden we na een half uurtje weer buiten. Misschien was dat niet zo gek, want het zag er inmiddels behoorlijk dreigend uit buiten. En jawel, eenmaal terug op de camping barstte er een flinke bui los. We schuilden met Marco en de inmiddels gearriveerde Marcel (onze tweede reisbegeleider) onder een redelijk waterdichte boom. De kinderen, inclusief Bjorn, doken de auto in. Even later druppelden onze medefietsers binnen en kookten we met z’n allen een enorme berg pasta.


Palais du Pape in Avignon Al snel zijn de kinderen samen aan het spelen...
Maandag 7 juli - Villeneuve-les-Avignon naar Pont-de-Crau (Arles) (67,0 km in 4 uur en 3 minuten fietstijd en 199 hoogtemeters)

We stonden al voor dag en dauw klaar om te vertrekken, maar de rest van het gezelschap leek niet echt haast te hebben om de aangekondigde 60 km te gaan fietsen. Nog even wachten op een GPS met route, maar uiteindelijk waren we toch rond half 11 op pad. Dat pad leidde ons allereerst door hartje Avignon. Helaas begon direct na het mooie ommuurde stuk Avignon een rommelig, niet zo mooi stuk Avignon vol met zwerfvuil. Na een gevaarlijke brug over de Durance gingen we een rustig weggetje volgen langs de Rhône richting Tarascon. In een bocht daarvan lag een meertje met picknickbankjes. We hadden er inmiddels een flink deel van onze 60 km op zitten, dus we streken hier maar neer voor de lunch.


Lunch bij een meertje in Vallabreques

Eén van de leuke verrassingen van de dag was Tarascon, met zo’n plaatjesboek ridderkasteel waar we echt in moesten. We beklommen z’n toren, waarvoor we beloond werden met een prachtig uitzicht op het stadje en nog een ander kasteel aan de overkant van de Rhône. Het kasteel was nog grotendeels intact, maar helemaal leeg! Om het een beetje aan te kleden waren de muren volgehangen met foto’s. Boven aan de buitenmuren hingen waterspuwers op de loer.


Kasteel in Tarascon

Hierna waren we in Tarascon, zelfs met GPS, even de weg kwijt. De route ging daarna in de hitte, tegen de wind in, naar Fontvieille. Alleen de belofte van een ijsje in Fontvieille kon de trappers van de aanhangfiets van Pelle nog draaiende houden. Hij was moe en het was ook zo verschrikkelijk heet! Na Fontvieille was het niet zo heel ver meer naar Pont-de-Crau. Op dit korte stukje kwamen de tweede leuke verrassing van de dag tegen: een deel van een Romeinse aquaduct.


Kerk in Fontvieille Molen van Daudet Romeins Aquaduct net na Fontveille

Het was intussen al laat geworden (toch te laat vertrokken...) en Marco kwam ons al zoeken met de auto. We dachten al dat we de laatsten waren, maar we waren als eerste op de camping. Even eerst de tent opzetten en dan ergens gaan eten. Ondertussen was een ander gezin ook gearriveerd op de camping. Onderweg naar een plek om te eten in Arles kwamen we de anderen tegen, samen met Marcel. Ze hadden fietspech gehad; de eerste aanhangfiets had al vrij snel het loodje gelegd en ze moesten daarna een kortere route fietsen. De camping was overigens voor ons een oude bekende van de allereerste fietsvakantie, Les Rosiers**. Zaten er toen ook al zoveel muggen? Gelukkig had Marco muggenmelk bedongen bij het maken van de reservering. Niet dat het hielp, maar goed...

Dinsdag 8 juli - Rustdag en Arles (9,6 km in 59 min fietstijd en 65 hoogtemeters)

We hadden nu al een rustdag verdiend … of was het er alvast eentje vooruit voor de volgende etappe? We besteedden hem in elk geval grotendeels in het zwembad. Pas om een uur of drie fietsten we naar Arles, waar we bij de VVV een kaartje haalden met de Romeinse bezienswaardigheden.


Pret in het zwembad Romeinse begraafplaats: Les Alyscamps

Amfitheater Uitzicht vanaf Amfitheater Romeins badhuis "Thermus de Constantin"

We begonnen maar eens met het Romeinse kerkhof “Les Alyscamps”, met een zijn bizarre laan met stenen grafzerken. Daarna was het amfitheater aan de beurt, dat helaas was volgebouwd met lelijke tribunes voor het stierenvechten. Nu was het nog steeds een bezoek waard vanwege het prachtige uitzicht vanaf de toren. We hadden om zes uur met de hele groep afgesproken bij de ingang van het amfitheater, wat betekende dat we nog net even tijd hadden om het Romeinse badhuis “Thermus de Constantin” in te duiken met zijn vrolijke streepjes. Om zes uur was iedereen er inderdaad en deden we een leuke fotoshoot van alle kinderen op de trap voor het amfitheater.


Groepsfoto voor het amfitheater Theatre Antigue

We hadden op een terrasje met de hele groep pizza willen eten, maar de keuken ging pas op zeven uur open. We doodden ons laatste uurtje met het bekijken van het “theatre antigue”, maar dan wel door het hek heen, want het was al gesloten. De pizza smaakte heerlijk, zelfs Pelle en Elise lustten er pap van. We reden, onbedoeld, nog een leuke route langs een stuk stadsmuur en het aquaduct terug naar de camping.

Woensdag 9 juli - Pont-de-Crau naar Orgon (54,4 km in 3 uur en 35 minuten fietstijd en 539 hoogtemeters)

We hadden een moeilijke en hete etappe voor de boeg en ineens was iedereen hartstikke vroeg aan het inpakken. Vandaag hadden we verschillende keuzemogelijkheden voor de route. Er was de mogelijkheid voor een uitje naar het hooggelegen Les Baux-de-Provence en daarna was de keuze of langs de Alpilles fietsen of er dwars doorheen.


Een slang(etje) op de weg Daarboven ligt het kasteel
van Les Baux-de-Provence
Na een stuk klimmen, een blik terug

Wij gingen als enige de klim naar Les Baux proberen, vandaar dat we al om negen uur op pad waren. En op dat pad lag zowaar een echte slang op te warmen! Nou ja, een kleintje dan, waarschijnlijk een jonge trapslang. Behalve een slang kwam er gelukkig ook nog een bakker met supertje op ons pad (die van Pont-du-Crau waren namelijk dicht). Het was flink klimmen naar Les Baux-de-Provence, maar het was wel meteen een stuk mooier fietsen dan de eerste fietsdag. Les Baux werd voorafgegaan door een flink aantal parkeerplaatsen, want Les Baux is niet alleen bijzonder, maar ook bijzonder toeristisch. Dat is het niet voor niets, want Les Baux bleek een schattig oud stadje te zijn, gebouwd tegen een helling, met bovenop een verweerd kasteel. De oude huisjes waren nu souvenirwinkeltjes, galerietjes en restaurantjes. Wij hadden nog flink wat kilometers te gaan en snelden dus meteen naar het kasteel. Daar kregen we een cursus kanonskogel schieten met verschillende maten trebuchets. Oorlog voeren was in de Middeleeuwen kennelijk een geduldkwestie. Als je de uitgesleten trappen van het kasteel beklom, had je uitzicht op de Alpilles, die we deze etappe nog door moesten…


Uitzicht vanaf Les Baux Demonstratie van een trebuchet Het kasteel van Les Baux

Na een snelle afdaling besloten we toch om dwars door de Alpilles te fietsen. Tenslotte leek dat de kortste en mooiste route. Na wat klimwerk was het hoog tijd voor een pauze. Pelle was zo moe dat hij al bijna op de aanhangfiets in slaap was gevallen. Even de fleece-deken uitspreiden voor een picknick en eventjes rust.

Voor Pelle was de "rustdag" vermoeiender geweest dan de "fietsdag" en dat wreekt zich natuurlijk de dag erna. Het was dan ook hoog tijd om Elise eens een keertje stoer te laten fietsen, zodat Pelle een dutje kon doen in de fietskar. Elise straalde van trots met de fietshelm op haar hoofd en haar zonnebril op haar neus en probeerde zelfs mee te fietsen.


Stoer op de fiets Op de camping

In het volgende dorp zouden we na een terrasje Ice-Tea weer wisselen. Elise verzette zich met hand en tand, maar dat was omdat ze intussen zelf toe was aan een middagdut. Deze keer kwamen wij als laatste aan op de camping van Orgon, waar we werden verwelkomd met picknicktafels vol limonade en chips en koekjes. Er werden boodschappen gehaald voor Paella en er werd een nachtelijke speurtocht uitgezet voor de kinderen. Het was allemaal erg gezellig en een groot succes, behalve dat de toch al zo vermoeide kinderen nu pas om half elf naar bed konden en wilden … in het pikkedonker natuurlijk …

Donderdag 10 juli - Orgon naar Apt (53,4 km in 3 uur en 44 minuten fietstijd en 637 hoogtemeters)

Het plan was om ’s ochtends samen naar het nabijgelegen Cavaillon rijden, om daar een gemarkeerde fietsroute naar Apt op te pakken. Het was al snel dik dertig graden, maar niemand leek haast te hebben, “want het was toch een korte etappe”. (Hoezo?) Zo konden we pas na elven vertrekken … en stonden we vijf minuten later alweer stil vanwege een lekke band. Een paar kilometer verder, inmiddels was het al twaalf uur, kwamen we langs een “centre commercial”, waar we allemaal eten moesten inslaan voor de hele dag. Het werd meteen een uitgebreide koffiepauze, want er zat een McDonalds naast de super. Zo konden we pas om half twee echt gaan fietsen, veel te laat natuurlijk voor 50 kilometer heuvelachtige route.


Uitslapen... drinken... en boodschappen doen

Dat dachten we tenminste, want er bestond nogal wat misverstand rond de bordjes van onze “voie verte”. Zo raakten we hier en daar iemand kwijt tijdens de klimmetjes (waaronder een van 13%!). Na veel gezoek en gewacht en een lunchpauze belandden we uiteindelijk in Ménerbes.


Kerkje onderweg Maubec

Na een klimmetje omhoog kunnen we hier gelukkig water en Ice-Tea krijgen. Het duurde even tot we allemaal compleet waren, inclusief bezemwagen. Marco bood aan de kinderen alvast met de auto naar de camping van Apt te brengen, terwijl de ouders een eenvoudigere route naar Apt konden fietsen. Wij gingen zelf echter gewoon stug door naar Bonnieux, mèt kinderen. Bonnieux was nog tien kilometer klimmen, maar dat ging best lekker nu het heetst van de dag weer voorbij was en we gewoon door konden fietsen. De route was nu prachtig, een stukje van de route was zelfs bekend van onze eerste fietsvakantie met Pelle. Bonnieux lag al snel hoog op z’n berg te pronken. Gelukkig zag het er erger uit dan het was en kregen we na Bonnieux een afdaling van twaalf kilometer. Hij was heerlijk en welverdiend en prachtig, al konden we er geen foto’s van maken omdat de zon aan de verkeerde kant stond. Het laatste stukje omhoog naar de camping van Apt was nog even afzien. We dachten dat we om half 8 ’s avonds wel de laatste zouden zijn, maar troffen alleen Marco en de kinderen aan (en een groot insect met knobbelige voelsprieten die later een heldenbok bleek te zijn). Terwijl Marco de rest ging zoeken zetten wij onze tent op en gingen met de kinderen naar een goochelaar. Toen die uitgegoocheld was waren we compleet en was er pizza gehaald.


Bonnieux Heldenbok Samen naar de goochelaar kijken
Vrijdag 11 juli - Rustdag Apt

We hielden een heel lui rustdagje; om half 9 in de rij voor de campingbakker, beetje eten een wasje en een beetje ronddobberen in het zwembad. ’s Middags reed Marco ons de berg af om boodschappen te doen. Iedereen zou zelf koken en vroeg naar bed gaan voor een wat snellere start ’s ochtends.

Zaterdag 12 juli - Apt naar Valsaintes (36,6 km in 2 uur en 42 minuten fietstijd en 507 hoogtemeters)

De ochtend begon nog vroeger dan gepland; om half zes stond iedereen naast z’n tent om spullen binnen te zetten, want er kwam een onweer aan. Gelukkig duurde dat slechts een uurtje en konden we toch nog om half tien op pad. We fietsten door groene heuvels langs lavendelvelden over een mooi aangelegd fietspad. We pauzeerden al snel even bij een brug, waar de kinderen pootje konden baden in een riviertje.


Landschap onderweg

Zo af en toe reden de anderen ons voorbij en dan haalden wij de anderen weer in. Er was een mooie plek geweest voor een picknick, maar die hadden we nog niet verdiend. Toen we een aantal kilometers verder hem wel hadden verdiend was er nergens meer een geschikte plek te vinden. We legden we de fleece plaid maar onder een boom om notenboterhammen met lachende-koeienkaas en pasta te smeren.


Picknick onderweg Typisch landschap van het
eerste deel van de dag
Stevig klimmen bij
de kloof van Oppedette

De topper van de dag werd de kloof van Oppedette, niet ver van onze camping in Valsaintes. Het bleek een camping vol met losse steentjes te zijn. Peter crashte er met zijn fiets. In een (gelukte) poging Elise heel te houden viel hij zelf een gat in zijn hoofd. Het was allemaal erg bloederig, maar de schade viel achteraf gelukkig mee. Er was nog niemand, maar onze bagage was wel al netjes op een rijtje gezet in een speciaal voor ons gemaaid veld aan de rand van de camping. Een uurtje later kwam ook de rest en kon er lekker in het zwembad geplonsd worden. Intussen vulde de blauwe lucht zich met indrukwekkende bloemkoolwolken die wel moesten uitgroeien tot een fiks onweer. En ja hoor, dat trof ons precies tussen de pasta en het toetje. We haastten ons, heel spannend, naar het sanitairblok en hup, naar de tent, in het pikkedonker, dwars door de kuilen en verblind door de bliksem. We waren nog niet in onze tent of er liep een wolk boven leeg. Na een uur was het weer voorbij en konden we met een gerust hart gaan slapen.


Kloof van Oppedette Oppedette Camping van Valsaintes
Zondag 13 juli - Valsaintes naar Sault (29,6 km in 2 uur en 26 minuten fietstijd en 546 hoogtemeters)

We konden vandaag kiezen tussen een klim per auto of een klim per fiets. Natuurlijk kozen we voor de klim per fiets. Het was een heerlijke dag; een beetje tegenwinderig, maar wel een stuk koeler dan de voorafgaande dagen. Zo kwamen we redelijk ongeschonden aan in Simiane La Rotonde, waar we heerlijke broodjes en drinken konden kopen voor onderweg. We klommen langs groene heuvels en lavendelvelden; met zo’n uitzicht was klimmen geen straf.


De eerste lavendelvelden

Mont Ventoux

Zo klommen we vrolijk door naar St Christol. Gelokt met bordjes met een “maison du 3ieme age” en een XIIe-eeuwse kerk klommen we het stadje in. Erg spannend was het er helaas niet, maar er stond wel een bankje bij de kerk voor de lunch. Er stond ook nog heel handig een pomp naast voor de afwas. Daarna gingen we verder naar Sault, veelal bergaf, al merkten we daar door de wind niet erg veel van. Pelle waaide zo weg dat hij zelfs zijn jas aan wilde. We fotografeerden nog even het uitzicht vanaf het pleintje in Sault en fietsten toen door naar de camping. Daar stonden al een heleboel verhongerde reisgenoten. Er was namelijk wel al een heleboel bagage, maar daar zat niets eetbaars tussen. Terwijl de rest van het gezelschap een mooie picknickplek zocht naast een lavendelveld, gingen er twee helden pizza’s halen.


Sault Hoe moet dat, een tent opzetten?
Maandag 14 juli - Rustdag Sault

Het plan vandaag was om een stukje de Mont Ventoux op te rijden en dan weer terug. We kochten er zelfs de supermarkt voor leeg. Alleen kwam het er niet van; we vonden het toch wel erg winderig. De meesten gingen uiteindelijk nog Sault in om dekking te zoeken, maar wij waaiden lekker verder uit. We gingen aan het einde van de dag wel nog even mee naar een limonadefabriek vlakbij voor een “dégustation”. We proefden er lavendel- en verbena-, suikerspinnen- en kastanjesiroop. Van de feestelijkheden van “Le quatorze juillet” kregen we verder niets mee.

Dinsdag 15 juli - Sault naar Villes-sur-Auzon (32,6 km in 1 uur en 41 minuten fietstijd en 109 hoogtemeters)

De dag begon frisjes, maar de wind was gaan liggen en de lucht was strak blauw. We hadden vandaag een gemakkelijke en mooie tocht voor de boeg door de “Gorges de la Nesque”. We moesten een paar kilometer klimmen om daarna eindeloos af te mogen dalen. We hoefden niet te trappen, niet te remmen, alleen maar een beetje te sturen en te genieten van het uitzicht; links van de weg de gorges en rechts de Mont Ventoux. Vlak voor de camping kwamen we, net toen we ze nodig hadden, nog picknickbankjes tegen. De camping zelf was een luxe camping met vier sterren, een koel zwembad en afhaalpizza’s; fietsvakantie hoeft echt niet altijd afzien te zijn!


Op weg naar de Gorges de la Nesque

Belvedere de la Nesque Mont Ventoux
Woensdag 16 juli - Villes-sur-Auzon naar L'Isle sur la Sorgue (52,7 km in 3 uur en 28 minuten fietstijd en 607 hoogtemeters)

We hadden vandaag de keuze uit een gemakkelijke saaie tocht, een moeilijke mooie tocht en een moeilijke mooie tocht met extra bezoek aan Fontaine-de–Vaucluse. Wij kozen de laatste en kregen daarmee al snel een dikke berg voor de kiezen. Reden we nu door een gorge? Of was het een pas? Het was in elk geval erg mooi fietsen. Het was overal een beetje smal en steil om te stoppen, maar uiteindelijk vonden we toch twee picknickbanken, waarvan er eentje sfeervol in een in de rotswand uitgehakte nis was neergezet. Van die rotswand druppelde trouwens water naar beneden. Na een korte stop fietsen we door naar Gorden, een van de “plus beaux villages” omdat het zo mooi aan een berghelling hangt. We hadden dan ook niet echt verwacht dat we een afdaling zouden krijgen naar dit plaatsje.


Venasque boven op de berg De start van de klim Even verder op de route

Wij vonden het eigenlijk een beetje tegenvallen, al had het een aardig pleintje met een (recent) kasteel en een kerk gewijd aan de heilige Firmin. Er was zelfs nog een Firmin-grot, maar we vonden hem een beetje duur aan entree om uit te vissen wat dat precies inhield. De echte charme van Gordes zagen we pas toen we eruit reden, want het zag er werkelijk geweldig uit tegen zijn heuvel en het mooie landschap.


Gordes De steilste helling
van de vakantie
L'Isle sur la Sorgue

We daalden nog verder af naar Fontaine-de-Vaucluse. Daar waren we al eerder geweest, met Pelle op de arm. We zagen het toen niet zo zitten om verder te lopen dan de pizzeria. Deze keer liepen we, net als alle rechtgeaarde toeristen, langs het gifgroene riviertje naar de mysterieuze bron, die ontspringt onder een hoge rotswand. Bovenop stond overigens ook nog een kasteel. De andere kant van het pad was omzoomd met talloze ijs- en souvenirwinkeltjes. Op de terugweg liepen we door de met een waterrad aangedreven papierfabriek; leuk om een keertje te zien. Ook deze fabriek was overigens gevuld met souvenirwinkels. We reden het plaatsje uit langs z’n XIIe- eeuwse kerk en waren toen al vrij snel op de camping van l’Isle de la Sorgue. Hier hadden de anderen hun tenten al opgezet op twee van de beschikbare zes plaatsen. Het werd ons daar een beetje al te knus, dus wij gingen aan de andere kant van de heg op twee andere plaatsen staan. Intussen werd er van alles gehaald voor een grote barbecue. De camping-barbecue stond midden op het speelveld; terwijl de papa’s en mama’s aan de picknicktafels aten, hingen de kinderen lekker in het klimrek.

Donderdag 17 juli - L'Isle sur la Sorgue naar Carpentras (45,6 km in 3 uur en 9 minuten fietstijd en 151 hoogtemeters)

We deden het rustig aan, want er stonden geen bergen meer op het programma. Eigenlijk stond er überhaupt niet meer echt iets op het programma; we zaten nog maar 20 km van Villeneuve af … Het viel nog niet mee om het drukke Isle-de-la-Sorgue uit te komen, maar vonden uiteindelijk een route door de meloenvelden naar de grotten van Thouzon. Hierbij kwamen we door Le Thor. We aten een broodje op het bankje aan z’n rivier en reden vervolgens door zijn statige oude poort. Le Thor bleek ook nog eens een mooie oude kerk te bezitten. Net buiten Le Thor lagen dan de grotten. De kinderen hadden er al een poster van zien hangen en ze stonden dan ook hoog op hun verlanglijstje. We hebben wel mooiere grotten gezien, maar we hadden wel een erg enthousiaste gids en dat maakte veel goed. Toen we buiten kwamen stond net de rest van ons fietsgezelschap voor de deur. De kinderen verheugden zich al op ondergrondse boottochtjes en treinritjes, want die hadden naar een poster zitten kijken met alle grotten van heel Frankrijk erop …


L'Isle sur la Sorgue Le Thor

Ook na de grotten bleef het landschap landelijk en weinig indrukwekkend, al kregen we nu in elk geval wel weer uitzicht op de Mont Ventoux. En toen stonden we ineens blij verrast in Pernes-les-Fontaines. Wat een verschrikkelijk leuk plaatsje! We vonden eerst een dikke toren met een fontein ernaast. Het water kwam uit de monden van een heel kringetje grappige hoofden. We dachten hiermee de grote trots van het plaatsje gehad te hebben toen we door een kastelige stadspoort reden. Ook dat was niet eens het hoogtepunt, want dat was een andere kastelige stadspoort met ingebouwde brug met daarin ook nog een ingebouwd kapelletje. Er tegenover stond een mooie oude kerk. Eenmaal door de poort bleek het plaatsje nog een grote wasplaats te herbergen en een tweede fontein met water spuwende hoofden. Als we hadden doorgezocht hadden we misschien nog wel meer pareltjes gevonden, maar het begon inmiddels laat te worden en we hadden nog een kilometer of twaalf te gaan naar de volgende camping, die van Carpentras.


Pernes les Fontaines

Hier stond ons een tafel vol eten en drinken te wachten en een luxe eigen kampeerveldje met bomen en een heg er omheen. We dachten boodschappen en eten handig te combineren in een ritje naar het Centre Commercial. We hadden achteraf beter eerst boodschappen kunnen doen en daarna pas naar de Mac, want nu stonden we bij LeClerq voor een gesloten deur.

Vrijdag 18 juli - Rustdag Carpentras

We hadden vandaag weer een rustdag om iedereen kans te geven naar de grote weekmarkt van Carpentras te gaan of ergens wijn te gaan proeven. Wij waagden ons alsnog in de hyper LeClerq. We zochten er tevergeefs tussen rekken vol papier naar een paar nieuwe kleurboeken. We vonden wel nieuwe gasjes en eten. ’s Middags probeerden we het gemeentelijke zwembad. Het zag er indrukwekkend uit met een grote keuze aan baden, waarvan een met een hele hoge glijbaan. Pelle en Elise mochten er allebei een keertje met papa vanaf … en hadden het daarmee meteen gezien. Niet dat ze de glijbaan niet leuk vonden, maar het waaide nogal en ze hadden het koud. De rest van de dag zaten ze in het grote klimrek van de camping. Verder deden we helemaal NIETS.

Zaterdag 19 juli - Carpentras naar Villeneuve-les-Avignon (45,9 km in 2 uur en 45 minuten fietstijd en 180 hoogtemeters)

Op de laatste fietsdag van deze vakantie fietsten we door een vrij saai gebied richting Chateau-Neuf-du-Pape, al begon het in de buurt daarvan weer wat heuvelachtiger te worden. Het plaatsje zelf lag op een heuveltje tussen de wijngaarden. Als we wat eerder waren vertrokken of wat harder hadden gefietst dan hadden we nog naar een chocoladeproeverij gekund. Nu kwamen we pas rond de middagsluiting aan en moesten we het doen met wat het kleine supermarktje bij de VVV te bieden had. Tegenover de VVV was een klein pleintje met een bankje. Net toen we wilden vertrekken werden we aangesproken door een journalist die wilde weten of we de “voies vertes” rond Chateau-Neuf volgden. Nee dus. Desalniettemin mochten we op de foto bij zijn artikel.


Nog één keer: de Mont Ventoux Chateau Neuf du Pape

Al snel na Chateau-Neuf kwamen we via een pad langs het Amazone-park in Roquemaure, waar we lunchten op een stekje langs de rivier. Het was er erg sfeervol; groen, de struiken in bloei, de rivier vol met gele bloemen en glinsterende vissen. Het was nu ook niet meer ver naar Villeneuve-lez-Avignon, waar nog geen spoor te bekennen viel van de rest van ons gezelschap. De spulletjes waren er wel al en ook onze auto stond gelukkig ongeschonden op de parkeerplaats. Al snel kwam Marcel, die ons vertelde dat de anderen nog Chateau-Neuf-du-Pape zaten te proeven. Hij ging alvast boodschappen doen voor de afscheidsbarbecue. En ja hoor, rond zevenen konden de eerste worsten op het vuur. Halverwege de barbecue zette Elise het op een gillen vanwege stekende vliegjes en een natte broek. Dat was een mooie gelegenheid om haar in een sopje in een grote wasbak te zetten, waarna ze lekker mocht slapen. Pelle mocht eerst nog meedoen met een speurtocht, die eindigde bij de vrieskist met ijsjes bij de receptie. Nadat ook Pelle in de witwas was geweest en op een oor lag zochten we onze spulletjes bij elkaar, want de volgende dag zouden we vroeg naar onze volgende bestemming vertrekken...